In je kracht staan

Waarom zou ik mijn verhalen delen die in het verleden liggen en gaan over de weg van ziekte naar gezondheid. Niemand is toch geïnteresseerd in ellende? En hoeveel boeken zijn er al niet van 'survivors' van kanker die je doen geloven dat er supermannen en supervrouwen zijn. Ik help je meteen uit je droom: ze bestaan niet. Nu niet en in de toekomst niet. Wie wel bestaan zijn mensen die een weg vinden om met hun omstandigheden om te gaan, niet bij de pakken neerzetten en doorgaan. Vaak niet vanuit een vrijwillige keuze, maar omdat ze gedwongen worden als ze tenminste willen blijven leven. Dat zijn geen helden en ook geen survivors, maar mensen die hun kracht vinden, eigenaarschap tonen en hun eigen leiderschap weer terug vinden. Vaak komt de echte bewustwording pas achteraf, hoe dat precies heeft gewerkt. En dat is voor mij niet anders... In 2009 moest ik zien om te gaan met een K-diagnose en een traject instappen waar ik doodsbang voor was. Lang heb ik mijn weg gezien als een overlevingsweg, maar als er met een heldere blik naar terugkijk, dan zie ik hoe ik daar in mijn kracht stond. Dat kon ik toen niet zien... 

Toen ik wist dat ik ziek was stopte ik mijn positieve energie in een flesje water met eronder een briefje met een geschreven tekst aan mijn lymfeklieren om beter te worden. Ik heb het flesje helaas niet bewaard, maar het heeft zo'n jaar gestaan en ik hield er elke keer mijn handen omheen als ik me positief wilde instellen voor een goede afloop. Het was kristalhelder alsof er van binnenuit een bol licht in zat. Wil je er meer over weten, zoek op Google naar 'waterkristallen Maseru Emoto).

In het voorjaar van 2009 stond mijn wereld stil. Ik kreeg de K-diagnose. Ik kon het dagenlang niet geloven. Kanker en ik? Dat was toch geen match? Ik verdacht de deskundigen ervan een fout te hebben gemaakt en wachtte zo’n twee weken na de diagnose op een telefoontje, dat ze zich hadden vergist. Ik nam me voor niet boos te worden, als ik zou worden gebeld. Het telefoontje kwam niet…

Maandag 13 juli 2009 stapte ik moedig het Virga Jesse Ziekenhuis te Hasselt binnen om te starten met mijn behandeling. Ik werd drie weken opgenomen en zou dat dan nog vijf keer herhalen. Elke keer met zo’n twee weken ertussenin om thuis op adem te komen. Ik liet gezin met een dochter van zes en een zoon van vier voor weken alleen thuis bij mijn man. Ik nam afscheid van mijn werkomgeving en mijn sociale omgeving. De behandeling van enkele maanden hield in, dat mijn weerstand zodanig laag zou worden, dat ik zowel in het ziekenhuis als ook thuis maar een beperkt aantal mensen zou gaan zien. In isolatie, voor mijn eigen gezondheid. Vergelijk het maar met de  maatregelen tijdens de coronapandemie.

Vrienden vroegen aan mij om op social media mijn verhalen te delen, zodat ze me konden volgen. Ik hield het een week vol. Wat een ellende was het. Ik had geen zin om dagelijks verslag te doen van wat er was gebeurd en hoe ik me voelde, zo vrolijk was dat niet. Ik had het er zelf al moeilijk genoeg mee. Toch ging ik schrijven. Mijn lieve echtgenoot maakte elke dag de reis naar Hasselt en ik vertelde hem dan wat ik had meegemaakt. Kleine anekdotes, kleine gelukjes. Dat kon gaan over het eten of over lieve woorden van een verpleegkundige. Hij moedigde mij aan om dat toch op te schrijven, om te bewaren voor later. 

Vaak heb ik eraan gedacht mijn verhalen te delen. Ik heb ze al een paar keer op mijn website geplaatst om ze vervolgens weer te verwijderen. Er zit een gevoel van schaamte omheen om de verhalen te delen omdat ik er zelf een hekel aan heb van die overlevingsverhalen te lezen. Zo’n Alpe d’HuZes verhaal. Ik vind ze vaak overdone en hou er niet van om gezien te worden als een ‘survivor’. Ook wil ik niet de eeuwige kankerpatiënt blijven, want dan ben ik kanker en dat is niet zo. Je hebt het of je had het, maar je bent het in ieder geval niet. Ook deinzen mensen terug of zijn zodanig onder de indruk, dat ze jou niet meer zien, maar enkel en alleen jouw K-verhaal.

Toch blijft het knagen dat ik ze niet deel. Degenen die ik in die periode om mij heen had, vertelden me met bewondering te kijken naar hoeveel kracht ik uitstraalde. Als ik vertelde over het ziekenhuis, dan leek het zelfs alsof ik anderen iets gaf. Zelfs mijn eigen moeder was verbaasd over mijn weerbaarheid en veerkracht. Gedurende een poging te reïntegreren op mijn werk bleef de senior HRM maar vragen om mijn verhalen te delen via het personeelsblad. Hij was onder de indruk van mijn uitstraling van kracht en zag dat als een voorbeeld voor anderen. Zo prees ook een psycholoog mijn ‘coping’, al had ik daar zelf niet zoveel aan. Ik kon toen niet echt tot me laten doordringen dat ik met mijn verhalen misschien anderen kon verlichten en stopte ze in een map, ver weg in een kast. Ik was nog steeds een slachtoffer en had niet door hoeveel leiderschap er in mij zelf zat. Ik weet alles wat goed ging vooral aan anderen.

Mijn doel na het ziek zijn was dan ook jarenlang om weer 'van nut'  te kunnen zijn. Iets weer betekenen voor de maatschappij. Functioneel zijn en een bijdrage leveren. Niet afgekeurd zijn, arbeidsongeschikt. Zo dacht ik over mijn eigen-waarde. Jong al geleerd, dat er van je wordt gehouden als je er iets voor doet. De gedachte dat wat je doet bepaalt wat je waard bent. Om erbij te horen moet je anderen helpen, je toegevoegde waarde laten zien. Een conditionering die echt niet alleen de mijne is, maar veel mensen zullen herkennen. Het heeft immers ook vaste wortels in onze samenleving. Dat heb ik jarenlang volgehouden, dat streven naar van nut zijn. Zelfs toen artsen aangaven, dat ik nog steeds moest herstellen om weer aan het werk te kunnen gaan. Het was mijn eigen interne stemmetje dat daarin het hardste schreeuwde. Maar... hoe vervelend ik mijn beperkingen ook vind en het feit dat ik geen ‘arbeidswaarde’ meer heb, ik benijd niemand die op de dag van vandaag ‘moet’ werken. Sinds kort besef ik dat ik helemaal niks meer ‘moet’. Dat ik vooral de verplichting naar mezelf toe heb om te gaan leven en uit de modus van slachtofferschap te stappen en mijn kracht in te zetten vanuit leiderschap. Eigenaarschap. Eigen verantwoordelijkheid. Want alles is al aanwezig. 

In 2021 deed ik een coachingstraject waarin ik mijn eigen kracht leerde herkennen en dat opende tevens te weg naar op te ruimen angsten en trauma's die onderhuids mij mijn leven deden leiden zoals ik dat als kind had geinternaliseerd. En nu... nu kan ik zien, hoe vijftien jaar geleden mijn eigen kracht me deed doorgaan. Het was er al in het ziekenhuis in Hasselt. Onbewust stond ik daar al in mijn kracht. Dichter bij mezelf kon ik niet komen. Mijn intuïtie werkte om mezelf in leven te houden. Ik paste alles wat ik kan als van nature toe, onbewust. Dat is waarschijnlijk ook de uitstraling die anderen wel konden zien. Het is dezelfde kracht als vandaag… niet anders. 

Dat is dan ook waarom ik de verhalen moet delen. Omdat ze ook jou als lezer een hart onder de riem kunnen steken om bij jezelf te blijven. Dat vaak in de zwaarste momenten van je leven je jezelf tegenkomt, op de goeie manier. Dat het enige dat echt helpt is om jezelf weer te vinden en nooit meer te verlaten. Ik neem je in de verhalen over mijn ziekteperiode in de ‘italics’ mee waar mijn kracht al onbewust aanwezig was... waar ik het dus al 'wist'... 

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.